We herkennen ons in dit maatschappij perspectief
Columnist Jeroen Candel verwoorde in zijn column in de krant "De Morgen" op 17 maart 2023 onderstaande analyse. Dit n.a.v. de provinciale staten en waterschaps verkiezingen. Dit geeft wat ons betreft accuraat het krachtenveld aan waarin wij hopen en verwachten dat we met onze "spijkers" een bijdrage kunnen leveren.
De wereld kampt met een ongeëvenaarde ecologische polycrisis. Nederland is een van de vervuilendste landen op aarde, én zeer kwetsbaar voor klimaatverandering. Het is al decennia duidelijk dat een radicale transformatie van onze economie, inclusief het voedselsysteem, nodig is. De kabinetten Rutte hebben jarenlang amper werk van dat transitieproces gemaakt, met als gevolg dat er plots draconische maatregelen moesten worden doorgevoerd om aan internationale wetgeving te voldoen.
GEEN COHERENTIE
Waar andere Europese landen, zoals Denemarken, Frankrijk en Oostenrijk, met sowieso al een lagere milieudruk in de landbouw, al jarenlang sturen op biologische of agro-ecologische landbouw, ontbreekt het in Nederland nog steeds aan een coherente visie en sturing op de toekomst van de landbouw. Er zijn het afgelopen decennium miljarden aan publieke steun naar de niet-duurzame status quo overgemaakt, lange termijn wetgeving ontbreekt of wordt niet gehandhaafd, en er is geen coherent voedselbeleid dat de kosten van de transitie eerlijk over de keten verdeelt.
De voorzichtige aanzetten tot een groene transitie zijn bovendien niet gepaard gegaan met een herverdeling van de welvaart naar gemarginaliseerde regio’s en bevolkingsgroepen. Integendeel, er is jarenlang beknibbeld op de sociale welvaartsstaat en publieke voorzieningen als openbaar vervoer. Toenemende ongelijkheid, of de perceptie daarvan, ondermijnt het draagvlak voor een transitie naar een duurzamere samenleving.
GEEN PERSPECTIEF
De politieke communicatie over de noodzaak tot een radicale koerswending was de afgelopen jaren bovendien steeds dramatisch: “het moet van Brussel”, “de rechter dwingt ons”, “het komt door de ngo’s”. De urgentie van de onderliggende polycrisis is amper overgebracht. Vergelijk dat maar eens met de heldere crisiscommunicatie tijdens de Covid-19-pandemie. Ook in het parlement is nooit een volwassen gesprek over “de grenzen aan groei” tot stand gekomen. Politici betrokken vanaf dag een de loopgraven, vervielen in simplistische dichotomieën (bijvoorbeeld boer versus natuur) en putten bovendien volop uit desinformatie.
Kiezers zijn niet dom. Een overgrote meerderheid van het electoraat, ‘zelfs’ ook boeren, steunen een effectief milieu- en klimaatbeleid. Maar dan wel op een ordelijke en rechtvaardige manier. De coalitiepartijen hebben dat perspectief nooit geboden. Het is in die zin ook geen verrassing dat het CDA, de partij die het langst aan de knoppen van het landbouwbeleid heeft gezeten de grootste klappen heeft gekregen. Terwijl er vanuit christendemocratisch perspectief toch een overtuigende visie op rentmeesterschap, samenwerking en solidariteit mogelijk zou moeten zijn.
Laat het een les zijn voor de komende decennia. Klimaat en natuur verdwijnen niet meer van de politieke en maatschappelijke agenda. Nederlandse, maar ook Vlaamse politieke partijen zouden deze verkiezingen moeten aangrijpen om werk te maken van een écht langetermijnbeleid, herverdeling, en democratische vernieuwing.
Bijvoorbeeld door het formuleren van een nationale Green Deal, die een aanvulling vormt op de Europese Green Deal, en klimaat- en milieuactie combineert met het terugdringen van sociale ongelijkheid.